cupure logo
vanvoormeteenhetnietbijdatuitnaar

Het vervelende broertje van de eikenprocessierups zit nu ook in Nederland

Het vervelende broertje van de eikenprocessierups zit nu ook in Nederland
Na de eikenprocessierups lijkt nu ook de dennenprocessierups zich te vestigen in Nederland. In vallen in Limburg werden onlangs twee vlinders van de dennenprocessierups gevonden, in Gelderland een. "De eikenprocessierups is inmiddels berucht, maar zijn minder bekende broertje is nog vervelender", aldus het Rode Kruis op z'n website. "De dennenprocessierups heeft meer brandharen en kan dus nog meer jeuk en bultjes geven." De komst van de dennenprocessierups is niet onverwacht. De rups die zich normaal vooral in Zuid-Europa en Noord-Afrika ophoudt, kwam door klimaatverandering al steeds dichterbij. In september vorig jaar werd het dier al in België waargenomen, dicht bij de Nederlandse grens. Meteen raak "De vlinders kunnen best behoorlijke afstanden vliegen, dus het moest er op enig moment van komen", aldus Arnold van Vliet, bioloog van Wageningen Universiteit, bij L1 Nieuws. "Om die reden zijn er dit jaar in Nederland vallen geplaatst in Wittem en Venray en een in Gelderland. Toch is het best uniek dat het meteen raak is en dat de vlinders meteen zijn waargenomen." Waar de vlinders werden gezien, wordt geheim gehouden. Het onderzoek duurt nog tot medio september, waarna de vindplekken vrijgegeven worden. Ademhalingsproblemen Maar reden tot zorg is er nu al, vooral doordat elke dennenprocessierups tot een miljoen brandharen met weerhaakjes kan hebben. Jeuk, irritatie en builtjes worden vaak genoemd als vervelende gevolgen. De brandharen van dennenprocessierups kunnen ook tot ademhalingsproblemen leiden. De levenscyclus van de dennenprocessierups is anders dan die van de eikenprocessierups. Zo komen de eitjes veel sneller uit en maken dennenprocessierupsen al direct nadat ze uit het ei komen een nest. "In dat nest overwinteren de dennenprocessierupsen van ongeveer september tot maart, wanneer ze als rups leven", aldus bioloog Van Vliet. Over wegen en door tuinen In maart en april verlaten de dennenprocessierupsen de naaldbomen om zich te verpoppen. "In een zoektocht naar een geschikte plek lopen ze in processie naar een plek in de grond waar ze zich kunnen ingraven. Ze kunnen dan een een behoorlijke afstand afleggen, over wegen en door tuinen. En daarmee wordt de kans vergroot dat ze in contact komen met mens en dier", legt Van Vliet uit. "Tijdens deze wandelfase laten ze ook makkelijk hun brandharen los, wat tot vergelijkbare klachten kan leiden als bij de eikenprocessierups." En zo ontstaat met de dennenprocessierupsen al vroeg in het seizoen overlast, want eikenprocessierupsen laten hun brandharen meestal later los, in de loop van mei of in juni.

Reacties

Laatste nieuws